Behandeling: schildklier
De schildklier is een orgaan vooraan in de hals gelegen, net voor de luchtpijp en onder de adamsappel, dat zorgt voor de aanmaak van het schildklierhormoon (= Thyroxine).
Het schildklierhormoon regelt hoe ons lichaam energie gebruikt en beïnvloedt dus onder andere de hartslag, de bloeddruk, temperatuur en gewicht. We spreken over schildklierkanker wanneer in de schildklier een kwaadaardig gezwel ontstaat. Een behandeling met radioactief jodium kan dan aangewezen zijn.
Wens je meer uitleg of heb je specifieke vragen, aarzel dan niet om je arts of verpleegkundige hierover aan te spreken. Zij zullen jou graag helpen.
Behandeling met radioactief jodium
Onder normale omstandigheden nemen mensen jodium op via hun voeding. Jodium is nodig voor de vorming van het schildklierhormoon. Tijdens de behandeling zal radioactief jodium worden toegediend in de vorm van een capsule. Dit jodium wordt opgenomen in de (nog resterende) schildkliercellen, die de straling zullen absorberen. Hierdoor wordt de werking van de schildkliercellen stilgelegd. Dit noemt men ‘hypothyreoïdie’.
Bij een mogelijke zwangerschap – ook als deze nog niet bevestigd is – dien je altijd onmiddellijk de arts te verwittigen. Om eventuele gezondheidsschade aan de foetus te voorkomen, dient een zwangerschap gedurende de eerste zes maanden na de behandeling vermeden te worden.
Na toediening van radioactief jodium is het noodzakelijk om rekening te houden met enkele voorzorgsmaatregelen omtrent radioprotectie.
Het lichaam straalt immers op dat moment zelf die radioactiviteit uit. Zolang dat gebeurt worden mensen die in de nabije omgeving komen, blootgesteld aan een kleine hoeveelheid straling. Om de hoeveelheid straling naar de omgeving toe zo laag mogelijk te houden, en de kans op radioactieve besmetting van de omgeving te vermijden, is een opname in een speciale isolatiekamer (Ve11) vereist.
De fysicus (i.e. ingenieur die verantwoordelijk is voor de veiligheid en die de noodzakelijke controles uitvoert, bv. door metingen) zal tijdens de opnameperiode dagelijks de stralingsactiviteit meten. Zodra die voldoende laag is (d.w.z. wettelijk toelaatbaar), zal je het ziekenhuis mogen verlaten.
Voorzorgsmaatregelen bij opname
Mogelijke reacties van het lichaam
In zeldzame gevallen kan er na de toediening last optreden in de keel of kan je je misselijk voelen. Op langere termijn kunnen sommige mensen na de behandeling een blijvend droge mond hebben. Om dit zoveel mogelijk te voorkomen kan je best na de toediening van het radioactief jodium de speekseltoevoer stimuleren door snoep (vb. zuurtjes) of kauwgom te eten. Voldoende vocht innemen is ook belangrijk, nl. 1 extra liter water per dag, om de radioactiviteit, die wordt uitgescheiden met de urine, zo vlug mogelijk weer uit het lichaam te verwijderen.
Voorzorgsmaatregelen bij ontslag
Na ontslag uit het ziekenhuis zal je voor de veiligheid van de mensen in de directe omgeving rekening moeten houden met enkele voorzorgsmaatregelen. Hoe verder je verwijderd bent van andere mensen en hoe minder tijd je met hen doorbrengt, hoe lager de opgelopen stralingsbelasting voor hen is. Zelfs een toename in afstand van 20 à 30 cm geeft al een aanzienlijke daling in stralingsbelasting.
Enkele aanbevelingen voor de eerste week na ontslag:
Onze artsen
Heb je nog vragen?
Neem contact op met de afdeling radiotherapie van het Iridium Netwerk:
- Campus Sint-Augustinus: 03/443 39 37
- Campus Vitaz: 03/760 73 86
- Campus AZ KLINA: 03/298 10 00
- Campus ZNA Jan Palfijn: 03/800 63 50
Deze websitepagina werd met zorg samengesteld en is zuiver informatief van aard. Aangezien de medische wetenschap zeer snel evolueert, kunnen geen garanties worden geboden m.b.t. de volledigheid van de inhoud van deze websitepagina. De informatie op deze websitepagina is algemeen van aard en dient te worden begrepen als aanvulling op de specifieke (mondelinge) informatie van de behandelend arts.
De medische praktijk is geen exacte wetenschap, waardoor een opsomming van mogelijke complicaties op deze websitepagina nooit volledig kan zijn. Door de arts kan geen verbintenis worden aangegaan over het uiteindelijke resultaat van de beschreven behandeling.