Behandeling slokdarmtumoren
Slokdarmkanker, slokdarmcarcinoom of oesofaguscarcinoom genoemd, ontstaat wanneer kwaadaardige tumoren zich vormen in de slokdarm.
Uitwendige bestraling van slokdarmtumoren
Behandeling
Mogelijke reacties van het lichaam op de bestralingsbehandeling
Acute effecten
Acute bijwerkingen ontstaan tijdens de bestralingen en genezen nadat de bestralingen afgerond zijn. Dit kan wel enkele weken duren.
Huidreacties
Aanbevelingen:
Ontsteking van de slijmvliezen van keel en slokdarm
Radiotherapie irriteert de slijmvliezen waardoor een ontsteking (zogenaamde mucositis) kan optreden. Hierdoor kan je moeite krijgen met slikken, zogenaamde dysfagie. Dit is een tijdelijk fenomeen dat typisch begint in de 2e of 3e week van de bestralingen en kan aanhouden tot enkele weken na het stoppen van de radiotherapie. Frequentie en de ernst ervan hangen voornamelijk af van het bestraalde volume en de toegediende dosis. De gelijktijdige toediening van chemotherapie zal deze klachten meestal verergeren. Verwittig de arts of verpleegkundige dan ook tijdig wanneer je hinder begint te ondervinden.
Het kan zijn dat de arts je medicatie voorschrijft om de aanmaak van maagzuur tijdelijk te remmen, bv Pantoprazole® 40 mg 1x/dag. Deze medicatie dien je ’s morgens nuchter te nemen.
Aanbevelingen:
Gastro-intestinale klachten
Aanbevelingen:
Prikkelhoest
Aanbevelingen:
Vermoeidheid
Late effecten
Extra aandachtspunten
Onze artsen
- 1st January, 2017
prof.dr. Ines Joye
- 1st January, 2017
dr. Nathalie Meireson
- 1st January, 2017
dr. Sabine Vanderkam
- 1st January, 2017
dr. Reinhilde Weytjens
Heb je nog vragen?
Neem contact op met de afdeling radiotherapie van het Iridium Netwerk:
- ZAS Augustinus: 03/443 39 37
- Campus Vitaz: 03/760 73 86
- Campus AZ KLINA: 03/298 10 00
- ZAS Palfijn: 03/800 63 50